Smiley face

Welkom bij het Veteranen Platform

Het Veteranen Platform behartigt de belangen van alle Nederlandse veteranen en hun relaties voor erkenning en waardering en waarborgen van zorg.

Doorn, 14 april 2022

Op woensdag 13 april 2022 was onze vice voorzitter, Gerard Kuppen, namens het VP aanwezig bij de ceremonie ter onthulling van het ‘Korporaal Aldert Poortema’ viaduct over de A7 (afslag 21) in Súdwest-Fryslân. Het was een stijlvolle ceremonie in het bijzijn van de ouders van Aldert, familie, vrienden en collega’s.

Er waren toespraken van de burgemeester van Súdwest-Fryslân, Gerard Kuppen namens het VP, de regimentscommandant van het regiment infanterie ‘Prins Johan Willem Friso’ en de vader van Aldert. Zijn moeder las vervolgens een gedicht voor. Daarna onthulden de ouders van Aldert een naambord gelijkend op dat is aangebracht op het viaduct. Na dit officiële deel is het gezelschap naar de begraafplaats gelopen waar Aldert is begraven. Daar werden bloemen gelegd bij het graf onder de klanken van ‘Brothers in Arms’ uitgevoerd door het koperkwintet van de Koninklijke Militaire Kapel Johan Willem Friso.

In 2019 is het plan ontwikkeld om bruggen en viaducten in Nederland te vernoemen naar militairen, die zijn ‘Omgekomen in uitzendgebied bij uitvoering van de taak’.

Door het plaatsen van de naamborden herdenken we, tonen we respect en dankbaarheid aan hen die het hoogste offer brachten. Daarnaast zijn ze een waarschuwing voor de toekomst, dat vrijheid niet vanzelfsprekend is.

Voor zijn tweede uitzending vertrekt Aldert Poortema op 27 november 2007 met de Cobra Compagnie van het 44e pantserinfanterie bataljon naar Uruzgan. Aldert was zich bewust van de gevaren en ging naar Afghanistan om zijn taak uit te voeren. Op 12 januari 2008 gaat het tijdens een operatie door miscommunicatie tussen eigen eenheden gruwelijk mis en komt Aldert om.

Opdat wij niet vergeten

Doorn, 11 april 2022

Op donderdag 7 april was de vice-voorzitter Gerard Kuppen namens het VP aanwezig bij de ceremonie ter onthulling van het ‘Eerste Luitenant Tom Krist’ viaduct in Berkel-Enschot. Het was een stijlvolle ceremonie in het bijzijn van de ouders van Tom, familie, vrienden en collega’s.

Er waren toespraken van de burgemeester van Tilburg, mijzelf namens het VP, de regimentscommandant van de Limburgse Jagers en de vader van Tom. Na het officiële deel is het naambord bij het viaduct onthuld door de burgemeester van Tilburg en de zus van Tom.

In 2019 is het plan ontwikkeld om bruggen en viaducten in Nederland te vernoemen naar militairen, die zijn ‘Omgekomen in uitzendgebied bij uitvoering van de taak’. Door het plaatsen van de naamborden herdenken we, tonen we respect en dankbaarheid aan hen die het hoogste offer brachten. Daarnaast zijn ze een waarschuwing voor de toekomst, dat vrijheid niet vanzelfsprekend is.

Tom vertrok 15 jaar geleden naar Afghanistan. Hij was goed opgeleid voor de missie. “Hij was waar hij wilde zijn, deed wat hij wilde doen” sprak de vader van Tom tijdens de onthulling. Op 10 juli 2007 wordt de patrouille van Tom, op de markt in Deh Rawod, geraakt door een zelfmoordenaar. Tom raakt zwaar gewond en overlijdt op 12 juli in Nederland. Tom is omgekomen, ‘maar van familie nemen we geen afscheid’ zoals zijn regimentscommandant vertelde. Om er aan toe te voegen ‘Hij, maar zeker ook zijn familie blijft voor altijd verbonden met de familie de Jager’.

Opdat wij niet vergeten

Zie ook het bericht op de website van de gemeente Tilburg: https://www.tilburg.nl/actueel/nieuws/item/naambord-voor-overleden-militair-tom-krist/

Doorn, 11 april 2022

Op woensdag 6 april was de projectleider Tom de Bok namens het VP aanwezig bij de ceremonie ter onthulling van het ‘Kapitein-vlieger René Zeetsen viaduct ‘ gelegen in de gemeente Venlo en het ‘Eerste luitenant-vlieger Ernst Mollinger viaduct’ gelegen in de gemeente Gilze-Rijen. Beide vliegers zaten in een Apache helikopter die op 17 maart 2015 neerstortte in Mali tijdens een trainingsmissie in het kader van Minusma.

Beide vernoemingen werden in een gezamenlijke ceremonie gedaan in het bijzijn van ouders, familieleden en een vertegenwoordiging van het 301 Apache squadron van het Defensie Helikopter Commando. Er waren toespraken van de burgemeester van Venlo, Commandant 301 Sq, mijzelf namens het VP, de vader van Ernst en de zus van René. Hierna werden in het aangrenzende park de beide naamborden onthuld.

In 2019 is het plan ontwikkeld om bruggen en viaducten in Nederland te vernoemen naar militairen, die zijn ‘Omgekomen in uitzendgebied bij uitvoering van de taak’. Door het plaatsen van de naamborden herdenken we, tonen we respect en dankbaarheid aan hen die het hoogste offer brachten. Daarnaast zijn ze een waarschuwing voor de toekomst, dat vrijheid niet vanzelfsprekend is.

Opdat wij niet vergeten

Doorn, 11 april 2022

Op vrijdag 8 april was de projectleider Tom de Bok namens het VP aanwezig bij de ceremonie ter onthulling van het ‘Korporaal Kevin Roggeveld viaduct‘ gelegen in de gemeente Groningen (Hoogkerk). Tijdens zijn uitzending in Mali is Kevin op 6 juli 2016 om het leven gekomen. Hij nam op deze bewuste dag samen met zijn collega sergeant der 1e klasse Henry Hoving, die is vernoemd op een kunstwerk in Oldambt, deel aan mortierschietoefeningen. Helaas is tijdens een van de oefeningen een mortiergranaat vroegtijdig afgegaan waardoor zowel Kevin als Henry om het leven zijn gekomen.

Er waren toespraken van de burgemeester van Groningen, de commandant van het 13e Infanteriebataljon Stoottroepen Prins Bernard, mijzelf namens het VP, en de vader van Kevin. Ook werden er bloemstukken gelegd door de ouders bij het viaduct.

In 2019 is het plan ontwikkeld om bruggen en viaducten in Nederland te vernoemen naar militairen, die zijn ‘Omgekomen in uitzendgebied bij uitvoering van de taak’. Door het plaatsen van de naamborden herdenken we, tonen we respect en dankbaarheid aan hen die het hoogste offer brachten. Daarnaast zijn ze een waarschuwing voor de toekomst, dat vrijheid niet vanzelfsprekend is.

Opdat wij niet vergeten

Zie ook het bericht op de website van Omroep Groningen: https://www.oogtv.nl/2022/04/viaduct-hoogkerk-vernoemd-naar-omgekomen-militair-kevin-roggeveld/

Doorn, 30 maart 2022

Vandaag mocht ik namens het VP aanwezig zijn bij de ceremoniële onthulling van het Sergeant der Eerste Klasse Henry Hoving viaduct in Winschoten. Het was een ingetogen ceremonie met ruime belangstelling van zijn regiment Stoottroepen. Er waren toespraken van de burgemeester, het VP, de regimentscommandant, maar ook een korte toespraak van de moeder van Henry. Zij gaf aam dat voor dit viaduct was gekozen omdat je van hieruit niet alleen Winschoten kan zien (waar Henry woonde toen hij naar Mali werd uitgezonden), maar ook zijn geboortehuis en het bos waar hij als klein kind hele dagen speelde.

Aan het eind van het officiële gedeelte werd het naambord onthuld door de partner en dochter van Henry en de burgemeester. Dit werd begeleid door de tonen van Brothers in Arms van Dire Straits gespeeld door het blazersensemble van de JWF kapel.

 

Doorn 25 maart 2022

De eerste Algemene Vergadering VP (AV 22-01) is op 25 maart j.l. in Doorn gehouden.

De opkomst was boven gemiddeld! Naast de aangesloten organisaties en gasten van de bijzondere uitreikingen waren ook de Inspecteur der Veteranen, Frank van Sprang, de directeur NLVi, Paul Hoefsloot en de oud-voorzitter Hein Scheffer aanwezig. De voorzitter, Hans van Griensven, opende de vergadering met een moment stilte ter nagedachtenis aan oud-secretaris Frans Rondel en oud VVRTT-vertegenwoordiger Frans van den Heuvel. Frans Rondel was de avond tevoren zacht ingeslapen en Frans van den Heuvel in november 2021, vrij kort na zijn aanwezigheid in de AV 21-03.

Na de agenda te hebben afgerond werd afscheid genomen van Hein Scheffer, die nu ten overstaan van een volle zaal, nogmaals bedankt werd voor zijn inzet voor de veteranen!

Vervolgens nam voorzitter afscheid van achtereenvolgens Anniek Reijff (KVMO), Frans Meijer (SMC) en Frans Dirks (SVB). Daarna tekende Hans van Griensven en Hans Nagtegaal (Unit Victor) de eerste Oorkonde Vriend van het VP. Opgevolgd door de installatie van Angelien Eijsink als eerste Erelid VP!

Met als verrassing een tweetal awards van de Chaplains of Four Chapels, uitgereikt door Frank Marcus en Klaas Orsel aan Wilbert de Kruiff en Arie van de Broek (COM) die onder valse voorwendselen naar Doorn waren gelokt verrast door familie en de award uitreiking!

Na afloop werd de aanwezigen , onder een genot van een drankje en een Oosters buffet de gelegenheid gegeven om alle bijzondere gasten te feliciteren.

Doorn 25 maart 2022

Gisterenavond 24 maart 2022, omstreeks 21:45 uur, is tot onze grote spijt Frans Rondel zacht ingeslapen. Frans heeft jarenlang als secretaris VP heel veel betekend voor het bestuur en de medewerkers van het Veteranen Platform. Op deze foto bedankte Frans eenieder voor de voordrachten die er toe hebben geleid dat hem tijdens de Eindejaarsbijeenkomst 2019 de Ted Meines Prijs werd toegekend. Wij gaan hem allen zeer missen en wensen zijn vrouw Jozka en de rest van de familie heel veel sterkte toe… Rust in vrede “Ridder Frans”…

Doorn, 2 maart 2022

Geachte Volksvertegenwoordigers,

Onlangs, op donderdag 17 februari, zijn de resultaten van het onderzoek ‘Dekolonisatie, onafhankelijkheid, geweld en oorlog in Indonesië, 1945 – 1950’ gepresenteerd. Het Veteranen Platform (VP) heeft daar toen in haar reactie ‘Herhaling van zetten’ expliciet afstand van genomen.

Het VP, een vereniging van meer dan 80 veteranenorganisaties en representant van meer dan 100.000 veteranen en hun relaties, heeft de afgelopen periode gebruikt om de mening en gevoelens te peilen bij zijn leden en in de Nederlandse samenleving.

Het genoemde onderzoek, ingesteld mede naar aanleiding van het boek ‘De brandende kampongs van generaal Spoor’, van Rémy Limpach, had ertoe moeten leiden dat Nederland in ‘het reine’ zou moeten komen met zichzelf en met zijn historie in de onderhavige periode. Het is evident dat dit met name gevoelig ligt bij de veteranenorganisaties. Zij representeren, en/of voelen zich de erfgenamen van, onze Indië- en KNIL-veteranen, hun familie en nabestaanden.

Het VP was en is het eens met het voorgestelde onderzoek zoals vermeldt in de kabinetsbrief aan de Kamer van 2 december 2016 (Kamerstuk 26049-82) en heeft zich in 2016 expliciet ook achter dit onderzoek gesteld. Echter, dan moet de uitvoering van dit onderzoek wel boven elke twijfel verheven zijn en dat is in onze ogen nu niet zo. Dat tast het algemeen draagvlak voor de conclusies aan.

De reden dat wij de resultaten het voorliggende onderzoek niet kunnen accepteren is gelegen in de navolgende factoren.

  • Het VP, maar ook uw Kamer, heeft ingestemd met de brief van 2016. Dit onderzoek is niet uitgevoerd naar de letter en in de geest van deze brief.
  • De onderzoekscommissie heeft een eigen richting binnen de onderzoeksopdracht gekozen en daarbij vanuit een antikoloniaal perspectief bewust eenzijdig gefocust op het Nederlands gebruik van (vermeend) extreem geweld.
  • De antwoorden op de ‘waarom vraag’ ten aanzien van het Nederlands geweldgebruik zijn naar onze mening onvoldoende overtuigend onderbouwd.
  • Leden van de Maatschappelijke Klankbordgroep (MKBG) voelen zich bij het leveren van constructieve kritiek tijdens het proces niet gehoord en derhalve niet serieus genomen door de onderzoekscommissie.
  • Een lid van de Wetenschappelijke Advies Commissie (WAC) heeft zich eerder al formeel gedistantieerd van de inhoud van het onderzoek.
  • Kritische geluiden uit de samenleving zijn geweerd.

De Minister-President heeft namens de regering, al voor de Kamerbehandeling, een standpunt namens Nederland ingenomen en wereldkundig gemaakt. Hierbij zijn alle conclusies zoals getrokken door de onderzoekers zonder wederhoor geaccepteerd.

De Tweede Kamer als controleur van de regering en namens alle Nederlanders het toetsend orgaan van deze regering, is daardoor naar ons gevoelen buiten spel gezet. Wij, de veteranenorganisaties, voelen dat er over ons gesproken wordt, maar zeker niet met ons. Dat er eenzijdig over onze veteranen geoordeeld wordt, zonder wederhoor. Daarom ontbreekt het nodige draagvlak voor de uitkomsten van dit onderzoek, zeker in de veteranengemeenschap. Een draagvlak dat nodig is om ‘in het reine’ te kunnen komen met ons verleden.

In de kamerbrief van dec 2016 is duidelijk gesteld “….maar acht het van belang dat een nader onderzoek juist ook aandacht geeft aan de moeilijke context waarin Nederlandse militairen moesten opereren, het geweld van Indonesische zijde, de inzet waarbij geweld geen of nauwelijks een rol speelde en de verantwoordelijkheid van de politieke, bestuurlijke en militaire leiding”. Naar onze mening voldoet het voorliggende onderzoek niet of te weinig aan deze omschrijvingen. Hierdoor ontbreekt o.a. de balans tussen het gebruik van geweld door Nederlandse militairen en Indonesische strijdende partijen. Er wordt eenzijdig nadruk gelegd op het ‘systematisch’, structureel’, ‘extreem’, ‘excessief’ geweldsgebruik van Nederlandse zijde. Dit creëert een verkeerd beeld. Hiermee wordt de suggestie gewekt als zouden alle Nederlandse militairen (meer dan 200.000!) zich hieraan hebben schuldig gemaakt. Er wordt voorbijgegaan aan de conclusie van Rémy Limpach dat het merendeel van de Nederlandse militairen ‘schone handen’ had. Er wordt ook voorbijgegaan aan alle goede en humanitaire werk van de Nederlandse krijgsmacht, waardoor ook vele Indonesische levens zijn gered en gespaard. Ondanks dat de individuele veteranen zogezegd niets wordt verweten, maar de verantwoordelijkheid wordt gelegd bij ‘Krijgsmacht als geheel’, hogere ambtenaren en de politiek, blijft het beeld hangen dat alle veteranen fout hebben gehandeld. Hiermee verdwijnt de menselijke maat en wordt geen recht gedaan aan wat er werkelijk is gebeurd gedurende deze complexe, gewelddadige en controversiële periode in onze vaderlandse geschiedenis.

Het VP, en met haar alle veteranen, wil graag dat er recht wordt gedaan aan de oorspronkelijke bedoeling van het onderzoek, zoals gesteld in de kamerbrief van dec 2016. Dat er een gebalanceerd beeld wordt geschetst van het geweldgebruik door alle partijen en de militaire context recht wordt gedaan. Dat er met name ook aandacht wordt besteed aan al het goede werk, gedaan door Nederlandse militairen. Dat de conclusies beter aansluiten bij de werkelijkheid, inclusief de gewelddadigheden van beide kanten. Bovenal willen wij graag dat dit wordt toegegeven en dan ruim gecommuniceerd wordt, zodat ook al die veteranen die zich naar eer en geweten hebben ingezet tijdens deze onmogelijke missie, zich herkennen in het verhaal. En dat hun relaties en nabestaanden met trots de overleveringen kunnen blijven vertellen. Het was misschien beter geweest een excuus te maken naar alle jongemannen die jaren werden weggerukt van familie en vrienden om slecht voorbereid, onvoldoende opgeleid en uitgerust een onmogelijk guerrillaoorlog te moeten gaan voeren aan de andere kant van de wereld en waarvan de meesten met schone handen zijn teruggekeerd. Maar ook naar hun familie en nabestaanden.

Alleen een onderzoek dat boven elke twijfel verheven is en gebalanceerd inzage geeft in de onderwerpen zoals gesteld in de kamerbrief van dec 2016, kan recht doen, niet alleen aan onze geschiedenis, maar met name ook aan de veteranen, hun familie en nabestaanden.

Het VP gaat dan ook graag in gesprek met de Kamercommissie die de resultaten van het onderzoek zal gaan evalueren, om haar standpunten nader toe te lichten.

Namens het bestuur van het Veteranen Platform,

J.F.A.M. van Griensven
Luitenant-generaal b.d.
voorzitter

Doorn, 22 februari 2022

Het Veteranen Platform is namens haar lidorganisaties de belangenbehartiger van alle Nederlandse veteranen en hun relaties om erkenning en waardering te bevorderen en zorg te waarborgen (www.veteranenplatform.nl).
De leden van het bestuur worden benoemd door de Algemene Leden Vergadering voor een periode van 4 jaar en zijn eenmaal herkiesbaar.
Per juni 2022 treedt de huidige penningmeester van het Veteranen Platform, ktza b.d. Hans Peters, na twee termijnen van 4 jaar statutair af. Het bestuur is derhalve opzoek naar een nieuw bestuurslid met als hoofdaandachtsgebied de financiële zaken van het VP. Wij willen benadrukken dat de tijdsbelasting in verhouding tussen algemene bestuurswerkzaamheden en de werkzaamheden van penningmeester liggen op 75 / 25).

De taken van dit bestuurslid met als hoofdfunctietaak penningmeester zijn:

  • het verrichten van algemene bestuurstaken waaronder het deel uit maken van projecten en commissies van het VP;
  • het onderhouden van het netwerk van interne en externe relaties als bestuurslid en penningmeester;
  • het opstellen van de begroting en financiële verantwoording zoals de jaarrekening en het financiële evaluaties;
  • het verwerven van financiële middelen (subsidieaanvragen);
  • het uitvoeren van het financieel beheer inclusief betalingen;

Profiel penningmeester:

  • is veteraan;
  • heeft een sterke affiniteit met erkenning, waardering en zorg voor veteranen en hun relaties;
  • heeft kennis van de defensieorganisatie, de veteranengemeenschap, en de inrichting van de erkenning, waardering en zorg aan veteranen;
  • beschikt over kennis en kunde van financiering op strategisch, tactisch en operationeel niveau;
  • beschikt (bij voorkeur) over kennis en ervaring als econoom, accountant of controller.

Na een selectie wordt de meest geschikte kandidaat door het bestuur voorgedragen aan de Algemene Ledenvergadering ter benoeming.

Geïnteresseerden voor deze vrijwilligers functie worden verzocht contact op te nemen met de huidige penningmeester Hans Peters, mob. 06-58961758 of via e-mail penningmeester@veteranenplatform.nl

17 februari 2022

Het Veteranen Platform (VP), als spreekbuis namens alle Nederlandse veteranen en hun relaties, was positief over het initiatief van het Kabinet uit 2016 om een diepgaand onderzoek uit te laten voeren naar de gebeurtenissen tijdens de onafhankelijkheidsstrijd in voormalig Nederlands-Indië in de periode 1945 -1949. De intentie van het Kabinet was duidelijk en is verwoord in de Kamerbrief van 2 december 2016 (Kamerbrief TK 26 049 nr.82 d.d. 2 dec 2016) . Het allesomvattend onderzoek zou verbreding en verdieping moeten brengen in de vele reeds bestaande publicaties over dit onderwerp. De Kamerbrief stelt o.a. dat het Kabinet zich realiseert “.. dat een vervolgonderzoek pijn zal kunnen veroorzaken bij de groep Indië veteranen, maar acht het van belang dat een nader onderzoek juist ook aandacht geeft aan de moeilijke context waarin Nederlandse militairen moesten opereren, het geweld van Indonesische zijde, de inzet waarbij geweld geen of nauwelijks een rol speelde en de verantwoordelijkheid van de politieke, bestuurlijke en militaire leiding”. Daarbij werd benadrukt dat het zou moeten gaan om een “breed opgezet onderzoek naar de context van het geweldsgebruik en de periode van dekolonisatie. ……. Een dergelijk onderzoek dient zich niet te beperken tot de geweldpleging door alle partijen waar veel deelstudies zich op richten, doch nadrukkelijk in te gaan op de brede context van de naoorlogse dekolonisatie (inclusief samenleving) en het politiek, bestuurlijk, justitieel en militair optreden in 1945–1949 in voormalig Nederlands-Indië /Indonesië, zowel vanuit Haags als vanuit lokaal perspectief”.

Het VP, hoewel betrokken in de Maatschappelijke Klankbordgroep, heeft nog geen inzage gehad in alle publicaties van het onderzoek en moet daarom haar standpunt baseren op de inhoud van het Slotwerk en vier deelpublicaties, alsmede enkele andere voorpublicaties.

Het VP is teleurgesteld in de bij haar bekende uitkomsten van het onderzoek omdat het duidelijk niet voldoet aan de oorspronkelijke strekking en intentie van het Kabinet. Daarbij is de vrees, zoals die eerder door het VP is geformuleerd in een reactie op de voorpublicatie van de onderzoeksresultaten (Brochure ODGOI AUP, d.d. 30 nov 2021) , bewaarheid geworden. De onderzoekers hebben zich eenzijdig gefocust op het vermeende structureel gebruik van extreem geweld door de Nederlandse krijgsmacht en daarmee worden impliciet onze Nederlandse veteranen en veteranen van het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger (KNIL) aangewezen als zondebok. Daarbij worden termen gehanteerd als ‘systematisch’, ‘structureel’ en ‘extreem’, zonder duidelijke duiding, dan wel op basis van zelf geformuleerde definities, waar de nodige kanttekeningen bij geplaatst kunnen worden.

Het VP is ook teleurgesteld in het wetenschappelijke gehalte van een aantal publicaties. Te vaak worden er eigen meningen, voorkeuren, definities en interpretaties gebruikt die niet of onvoldoende zijn onderbouwd met bronnen, noch zijn gebaseerd op een heldere analyse van de situatie of voorhanden zijnde informatie. Daar waar met grote regelmaat suggestieve termen worden gebruikt als ‘systematisch’, ‘structureel’, ‘grootschalig’ en zelfs grote aantallen slachtoffers worden genoemd, worden die niet onderbouwd met een overtuigende kwantitatieve analyse. Overigens wordt dit laatste met zoveel woorden toegegeven door de onderzoekers. Hiermee vervalt volgens het VP de wetenschappelijke basis voor sommige vergaande conclusies. Het zogenaamde alomvattende (extreme) geweld wordt hierdoor niet bewezen, noch geduid naar aard, omvang, locatie en frequentie. Kortom, het is slechts een bevestiging van wat al langer bekend was, namelijk dat er aan weerszijden gedurende de onafhankelijkheidsstrijd in Nederlands-Indië soms buitenproportioneel geweld is gebruikt. Dit onderzoek voegt dus niets nieuws toe aan de bestaande kennis op dit gebied.

Het is buitengewoon kwalijk dat de suggestie wordt gewekt (niet wetenschappelijk kwantitatief onderbouwd) dat de krijgsmacht als instituut (dus alle Nederlandse militairen) haar boekje te buiten ging, terwijl het (excessief) geweldgebruik van de tegenpartij wordt gebracht als reactief geweld van een vrijheidsstrijder. Ondanks dat er geregeld is geciteerd uit het werk van Limpach, wordt diens constatering dat het merendeel van de Nederlandse militairen schone handen had, niet ontkracht, maar angstvallig vermeden(De brandende Kampongs van generaal Spoor, Limpach, 2016).

Feit blijft dat de Nederlandse Krijgsmacht door de regering is ingezet als een van de politieke instrumenten die tot haar beschikking stonden om haar doelen na te streven. Meer dan 200.000 veteranen hebben zich gedurende ruim 4 jaar naar eer en geweten ingezet om de opdracht om orde en rust te brengen, vorm te geven. Dit moest gebeuren in een uitermate complexe en onbekende omgeving en voor hen buitengewoon extreme en omstandigheden, zowel militair, geografisch, klimatologisch, als cultureel. Om goed te kunnen begrijpen, maar vooral ook te kunnen verklaren, wat er is gebeurd, hadden de gebeurtenissen vooral vanuit die context en vanuit de toenmalige tijdgeest moeten worden beschouwd. Het voorliggende onderzoeksresultaat kenmerkt zich echter door een eenzijdige focus op het Nederlandse geweld en veel sympathie voor het Indonesische perspectief. De dekolonisatieperiode is te nadrukkelijk onderzocht vanuit de hedendaagse waarden, normen en ethische overwegingen, waarop een anti koloniale houding en persoonlijke moralistische opvattingen een sterk stempel drukken. Helaas worden hierbij en passant meer dan 200.000
veteranen impliciet weggezet als extreme geweldplegers (oorlogsmisdadigers) en worden zij en hun relaties en nabestaanden geschoffeerd en gestigmatiseerd.

Hoewel in de voornoemde Kamerbrief uitdrukkelijk wordt gevraagd om met name ook onderzoek te doen naar inzet van Nederlandse militairen waarbij geweld geen rol speelde, is er bewust  oorbijgegaan aan de talloze voorbeelden waarbij de Nederlandse militairen invulling gaven aan de wederopbouw van de Indische archipel. Voorbeelden waarbij zij de lokale bevolking van voedsel voorzagen, medische hulp boden, humanitaire actie uitvoerden, infrastructuur verbeterden, kortom de wederopbouw letterlijk vorm gaven en het leven voor miljoenen mensen weer dragelijk probeerden te maken. Inspanningen waarvoor een groot deel van de Indonesische bevolking onze veteranen tot op de dag van vandaag nog steeds dankbaar is.

Het voorliggende resultaat van het meerjarige Indië onderzoek doet volgens het VP geen recht aan een evenwichtige geschiedschrijving en geeft daarmee geen invulling aan de verwachting die door het Kabinet is gewekt in de Kamerbrief. Niet alleen worden de Indië- en KNIL-veteranen onnodig beschadigd, maar indirect ook alle veteranen en hun relaties die zich in latere missies loyaal, integer en naar eer en geweten hebben ingezet en nog steeds inzetten voor de belangen van onze Nederlandse maatschappij.

Onze verwachting is dat de resultaten van het onderzoek een grote impact zullen hebben op de vanwege hun hoge leeftijd en indringende ervaringen kwetsbare Indië veteranen en hun relaties en nabestaanden. Het VP staat klaar om waar nodig kameraadschappelijk ondersteuning te bieden via het Veteranenloket van het Nederlands Veteraneninstituut.

Page 6 of 23 1 4 5 6 7 8 23

© 2015 Veteranen Platform – van Veteranen voor Veteranen